Bloemen, vruchten en zaden
Naast de wortels, de bladeren en de stengels kunnen veel planten bloemen en vruchten met zaden maken. De bloemen bestaan uit verschillende onderdelen (zie figuur 1). Per soort kan het aantal meeldraden en stampers verschillen en ook zijn er vruchten en zaden in allerlei soorten en maten.
Figuur 1. De anatomie van de bloem en de vrucht van een appel
De meeldraden van bloemen bevatten de mannelijke geslachtscellen in de stuifmeelkorrels op de helmknop. Onderaan de stamper bevinden zich de eicellen, de vrouwelijke geslachtscellen. Bestuiving zorgt voor bevruchting.
Sommige bloemen zijn eenslachtig, ze bevatten alleen de meeldraden of de stampers. Andere bloemen zijn tweeslachtig en bevatten zowel meeldraden als stampers.
Sommige planten zijn tweehuizig. Ze bevatten beide geslachten op één plant (zie figuur 2). Dit kan op twee manieren. Tweehuizige planten hebben vrouwelijke planten en mannelijke planten. De ene plant heeft alleen bloemen met stampers en de andere plant heeft alleen bloemen met meeldraden.
Sommige bloemen zijn eenslachtig, ze bevatten alleen de meeldraden of de stampers. Andere bloemen zijn tweeslachtig en bevatten zowel meeldraden als stampers.
Sommige planten zijn tweehuizig. Ze bevatten beide geslachten op één plant (zie figuur 2). Dit kan op twee manieren. Tweehuizige planten hebben vrouwelijke planten en mannelijke planten. De ene plant heeft alleen bloemen met stampers en de andere plant heeft alleen bloemen met meeldraden.
Figuur 2. Het verschil tussen eenhuizige en tweehuizige planten. Tweehuizige planten hebben altijd eenslachtige bloemen. Eenhuizige planten kunnen ook tweeslachtige bloemen hebben (links).
Terug naar het overzicht planten
